Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En daarna begroef Abraham zijn huisvrouw Sara in de spelonk des akkers van Machpela, [23]tegenover Mamre, hetwelk is [24]Hebron, [25]in het land Kanaan. 23. Hebr. tegen het aangezicht Mamre. 24. Zie bov. vs.2. 25. Hetwelk wel Abraham en zijn zaad door God gegeven was, om te zijner tijd erfelijk te bezitten, maar daar hij vooralsnog een vreemdeling daarin was, heeft hij [gelijk ook andere gelovige voorvaders] begeerd daarin begraven te worden, tot een teken dat zij geloofden de beloftenis Gods, van dit land te zullen bezitten, hetwelk hun een pand was van het hemelse Kanaan.